Ecodaken

Een ecodak is de verzamelterm voor elk dak dat een bijdrage levert aan een duurzame en groene leefomgeving. Meestal wordt hiermee een groendak bedoelt. Een groendak is een dak dat de plantengroei bevordert. Zo’n ecodak wordt aangelegd op een bestaand waterdicht grijs dak en bestaat uit een wortelwerende laag, een drainagelaag en een voedingsbodem voor planten.

Op een ecodak kunnen allerlei soorten vegetatie groeien en bloeien; van mossen en kruiden tot struiken en bomen. Afhankelijk van die vegetatie worden ecodaken onderverdeeld in intensieve groendaken en extensieve groendaken. Een intensief groendak is een daktuin met grotere planten, struiken en (mogelijk zelfs) bomen die veel onderhoud nodig heeft. Een extensief groendak bestaat uit grassen, mossen, kruiden of vetplanten die maar weinig onderhoud nodig hebben.

Een sedumdak is een bekend en populair voorbeeld van een extensief en dus onderhoudsarm groendak. Sedum is de Latijnse naam voor de familie van de vetplanten. Dit zijn hele robuuste planten die maar weinig water nodig hebben en goed tegen extreme en wisselende weersomstandigheden kunnen.

Cruciaal voor het functioneren van een groen ecodak zoals een sedumdak is de zorgvuldigheid waarmee de verschillende lagen ervan zijn opgebouwd. De specialisten van Groendaktotaal doen dit op een deskundige manier en leveren de vegetatie die u op uw ecodak wilt laten groeien.

Hoe lang gaat een ecodak mee?

Een ecodak kan 30 tot 50 jaar meegaan. De exacte levensduur hangt van diverse factoren af, waaronder de kwaliteit van de onderliggende dakconstructie, de juiste toepassing van lagen en de mate van onderhoud. Onderschat het belang van een gedegen onderdak niet. De isolatie, dakbedekking en bouwkundige detaillering van uw grijze onderdak moeten in orde zijn om er met succes een ecodak op aan te kunnen leggen. De dakbedekking onder een groendak moet waterdicht zijn en bij voorkeur wortelvast. De afschot van uw onderdak moet minimaal anderhalve centimeter per meter zijn. Belangrijk is verder dat uw onderdak het gewicht van het ecodak goed kan dragen. Zie hier een groot voordeel van een extensief groendak zoals een sedumdak: dat is veel lichter dan een extensieve daktuin. Vetplanten hebben maar weinig aarde nodig om wortel te schieten. Het onderdak hoeft daarom niet supersterk te zijn om een sedumdak te kunnen dragen. Sedum gedijt goed in een relatief droge en schrale bodem. Daarom doen sedumplanten het beter op een hellend dak met wat afschot dan op een plat dak. Op een plat dak komt immers meer water terecht dan op een schuin dak, waar een groter deel van het water van het dak afloopt.

Opbouw van een ecodak

De opbouw van een ecodak of groendak moet drie functies kunnen vervullen:

1. groeilaag voor de beplanting
2. drainagelaag voor de afvoer van overtollig water
3. waterbuffering voor de beplanting in droge perioden.

Deze drie functies komen het beste tot hun recht wanneer ze van elkaar worden gescheiden. Vooral de groeilaag en de drainagelaag kunnen moeilijk gecombineerd worden. In de groeilaag zijn vaak fijne deeltjes en humus aanwezig, die op termijn de afvoer van regenwater kunnen blokkeren. Met behulp van een filtervlies kunt u de groeilaag en drainagelaag eenvoudig van elkaar scheiden. De drainagelaag blijft hierdoor mooi schoon en goed functioneren. Met een grindrand rond de vegetatie van uw groene ecodak houdt u de begroeiing letterlijk binnen de perken. Hiermee voorkomt u dat de plantjes doorgroeien tot onder afdekkappen of loodslabben.

Bemesting van een ecodak

Of een ecodak bemesting nodig heeft, hangt af van de vegetatie. Uit onderzoek blijkt in ieder geval dat de begroeiing van een bemest groendak beter dekt dan de begroeiing van een groendak zonder mest. Hoe beter de vegetatie het complete dakoppervlak afdekt, hoe kleiner de kans op erosie, onkruid en uitval. Voor het bemesten van sedumdaken is speciaal groendakvoer op de markt. U hoeft een sedumdak jaarlijks maar één keer bij te mesten (in de lente). Is uw sedumdak op wolplaten aangelegd? In dat geval moet u de vetplantjes drie tot vier keer per jaar bijvoeren. Gebruik hiervoor dan een langwerkende meststof.